dinsdag 27 maart 2018

Waarom inzet Bart in zwembaden verminderen?

De inzet van de buurtsportcoaches (Bart) bij onze zwembaden wordt verlaagd van 38 naar 24 uur per week. Als reden wordt gegeven dat de inzet van de buurtsportcoaches bij de zwembaden niet altijd strookt met de doelstellingen van Bart. Verlaging van de inzet van Bart leidt tegelijk tot het verhogen van de subsidie aan de zwembaden. Eea te betalen uit inkomsten van de buurtsportcoaches.
Gezien uitgangspunten en afspraken in het verleden vind ik dit een vreemde zaak. Nog geen half jaar geleden kondigde het College van B&W in een uitvoeringsplan aan de inzet van Bart in de zwembaden te handhaven. Een inzet die indertijd een mooie oplossing was voor het moeilijk te vinden personeel voor zwembaden die “slechts” 19 weken per jaar geopend zijn. Tegelijkertijd is de opzet van de buurtsportcoaches altijd geweest dat derden mee zouden betalen aan hun inzet. De zwembaden waren daarin – voor zover ik weet – één van die partijen. Waarom laat het College dit lopen? Sterker nog, waarom gebruiken B&W de inkomsten van de buurtsportcoaches nu als dekkingsmiddel voor de extra benodigde subsidie?
Namens Progressief Altena stelde ik deze en andere vragen aan het College van B&W n.a.v. hun berichtgeving in de collegebesluitenlijst van 6 maart j.l.

dinsdag 20 maart 2018

De omstandigheden van het Rabobank-besluit

Man, man, wat een avond vol ergernissen gisteren. Pakweg 45 raadsleden en een stuk of 8 collegeleden in de raadszaal van Aalburg. In deze setting vergaderde eerst de raad van Aalburg over het opheffen van geheimhouding van de cijfers mbt de aankoop Rabobank. Na een opening met een gebed. Staand. Toen de raad van Werkendam over de geheimhouding. En aansluitend de raad van Woudrichem. Na een opening met een gebed. Staand. Deze drie vergadering werden geschorst en de vergadering van de fusieraad (de drie raden van Aalburg, Werkendam en Woudrichem samen) ging van start. Met een inspreker die regelmatig zijn geluid zag wegvallen. Vervolgens een inhoudelijk punt, namelijk het uitvoeringplan Participatiewet. Ik kreeg als eerste het woord. En ook bij mij (en de sprekers die na mij kwamen) viel het geluid geregeld weg. Dat was echter nog niet eens het vervelendste. In een vergadering met meer dan 50 mensen voel je gewoon van alle kanten dat ieder woord wat je zegt er eigenlijk één teveel is. Te veel aanwezigen hebben niets met het onderwerp. Het punt dat je wilt maken rommel je daarom maar een beetje onder de tafel, daar waar je er in de raadscommissie van Werkendam vol voor zou gaan. Frustrerend.
Na het uitvoeringsplan Participatiewet de vraag of het pand van de Rabobank aangekocht zou moeten worden om dienst te gaan doen als nieuw gemeentehuis van Altena. Het leidde tot maar liefst drie schorsingen. De eerste twee (door de colleges en de CU) waren nog wel logisch, maar de derde (door AL) niet. AL moest toen onderling nog gaan bepalen hoe gestemd zou worden op het voorstel en een ingediend amendement. Hadden ze dat niet vóóraf aan de vergadering kunnen doen of in de andere twee schorsingen? Afijn de fusieraad werd afgesloten met enige verwarring over wat nu ieders stemgedrag zou zijn en de drie afzonderlijke raadsvergaderingen werden, na elkaar, weer geopend. Eerst die van Aalburg. Daar presteerde Sheikkariem (AL) het om de discussie over de huisvesting gewoon weer van vooraf aan te beginnen. De blik van menig raads- en collegelid sprak boekdelen…… De Aalburgse raadsleden stemden uiteindelijk over de huisvesting en sloten hun vergadering met een dankgebed. Vijftig mensen gingen wederom staan. De burgemeesters van Woudrichem en Werkendam pakten het gelukkig slimmer aan en vroegen hun raadsleden of slechts een stemming op de voorstellen volstond. Dat was het geval. Resultaat: De Rabobank wordt aangekocht (met een tegenstem van PA), maar er komt geen geld om de blijkbaar benodigde uitbreiding alvast voor te bereiden. Eindtijd van de vergadering: 22.45 uur, terwijl de planning 21.30 uur was. Iets dergelijks was niet de eerste keer. De lust is mij aan het vergaan.

De slag verloren

Het pand van de Rabobank in Almkerk wordt aankocht als nieuw gemeentehuis van Altena. Bijna alle partijen gingen hiermee akkoord. Alleen Progressief Altena was tegen. Collega Anne Nieuwenhuis voerde namens ons het woord. Zijn bijdrage is te lezen op http://www.progressiefaltena.nl/2018/03/de-slag-verloren/. Ik heb aan zijn verhaal niets toe te voegen.

dinsdag 13 maart 2018

Gemeentehuis in Rabobank kost bijna 14 miljoen

Progressief Altena stemde tegen de geheimhouding op de achterliggende cijfers mbt de huisvesting van de gemeente Altena. Of het hierdoor komt weet ik natuurlijk niet, maar het is wel leuk om te denken dat het dankzij mijn partij is dat de geheimhouding komende maandagavond al opgeheven wordt. Dat betekent dat de cijfers deel uit kunnen gaan maken van de discussie in de fusieraad over de aankoop van de Rabobank.
Of die cijfers dan nog van belang zijn, is de vraag. In het openbare voorstel aan de (fusie)raad staat al te lezen dat het aankoopbedrag voor het pand Rabobank 8,5 miljoen bedraagt (1,5 grond, 4,0 bouwkundig, 2,1 installaties en 0,9 inventaris). Daar bovenop komt nog 1,4 miljoen voor bouwkundige aanpassingen, parkeerplekken, inrichting en voorbereiding van de uitbreiding.  De uiteindelijke uitbreiding wordt geraamd op 3,4 miljoen. Naast dit alles zijn er ook nog de zogenaamde frictiekosten. Die bedragen 0,57 miljoen. Al met al wordt realisatie van het gemeentehuis in de Rabobank dus geraamd op (8,5+1,4+3,4+0,57=) bijna 14 miljoen euro. Dat is een ongelofelijke smak geld, waar je ook heeeeeeeeel veel andere dingen voor kunt doen.
Overigens wil ik hiermee niet zeggen dat iedere andere optie voor het gemeentehuis van Altena geen geld zou kosten. Want dat is natuurlijk niet het geval. Ook als we vanuit de drie gemeentehuizen zouden blijven opereren, moeten er flinke kosten gemaakt worden en datzelfde geldt als er toegewerkt zou worden naar het - voor Progressief Altena wenselijke - meer en meer werken vanuit de kernen.
Tot slot: ik neem aan dat verkoop van de gemeentehuizen van Werkendam en Woudrichem (zoals in het voorstel de bedoeling is) ook weer geld in het laadje zal brengen. Hoeveel dat wordt, zal de tijd moeten leren, maar 14 miljoen zal het vast niet zijn…..

Jeugdbeschermingsketen schokkend lang

Bij de stukken voor de fusieraad een schokkend rapport dat het vermoeden bevestigt van de drie jeugdzorgregio’s: “De jeugdbeschermingsketen is daadwerkelijk langer geworden met de komst van de jeugdwet. Dit heeft deels te maken met het grote aantal verschillende instellingen die onderdeel uitmaken van de keten, en met de manier van samenwerken in de jeugdbeschermingsketen. Door de omvang en complexiteit van de keten, is de invloed van gemeenten op het functioneren ervan beperkt.”
In het 90 pagina’s tellende rapport (dat ik slechts fragmentarisch gelezen heb) staat dat de maximale normtijd 5 maanden mag bedragen, maar dat de gemiddelde doorlooptijd maar liefst 8,2 maanden was. Slechts zeer ten dele wordt dit verklaard door de wachtlijsten bij de raad voor de Kinderbescherming (verdorie: wachtlijsten zouden daar niet mogen zijn!). Schokkend was de mededeling van één van de bevraagde ouders dat zij maar liefst 68 (ja: acht-en-zestig!) verschillende mensen gesproken had mbt haar kind.
Voor mij is de gehele jeugdwet (ondanks mijn achtergrond) vanaf het prille begin ondoorzichtige materie geweest. Tegelijk heb ik van dichtbij gezien hoe lastig het is om je weg te vinden in (jeugd)zorgland en om hulp snel en vooral ook passend geregeld te krijgen. Als het gaat om het welzijn van je kind,  van een kind, moeten lange wachttijden, lange doorlooptijden en regelmatige wisseling van hulp/zorgverleners niet aan de orde zijn!
Gelukkig is dit nu duidelijk in beeld bij gemeenten en aanbieders en is er ook een aanpak op losgelaten. Maar woorden als “omvang”, “complexiteit” en “beperkte gemeentelijke invloed” maken dat ik er nog niet direct heel veel vertrouwen in heb. Ik voel me machteloos.

donderdag 8 maart 2018

Internationale Vrouwendag

Internationale vrouwendag: vorig jaar ontving ik de Toontje Sprenger Pluim, werd ik bedolven onder de publiciteit, de felicitaties en de “duimen” op facebook. Erg bijzonder was dat. Gisteravond ging die Pluim naar Carola Schouten. Sta ik zomaar in hetzelfde rijtje als een minister.
Op de bijeenkomst waar de Pluim uitgereikt werd, werd ook het jubileummagazine van Vrouw&Altena gepresenteerd. Een mooi glossy tijdschrift vol prachtige inspirerende verhalen van en over vrouwen, met een verbindend voorwoord van diezelfde Carola Schouten.
Het werpt me allemaal terug op de jaren dat ik zelf ook zeer actief was in de “vrouwenstrijd”. Binnen het vormingswerk voor werkende jongeren, als landelijk meidenwerkster bij de jongerenbeweging verbonden met de FNV en als meidenwerkster in het jongerenwerk. Lang, lang geleden. En soms betrap ik mezelf erop dat ik wat betreft de positie van vrouwen wel erg achterover leun de afgelopen jaren. Of voer ik inmiddels mijn eigen “strijd” in het mannenbolwerk dat politiek heet? Binnen mijn eigen partij merk ik hier overigens weinig van, maar in de raadszaal en in het presidium laat het zich wel voelen.
Als vrijwilliger bij Vluchtelingenwerk houd ik me overigens wel, min of meer, bezig met de positie van vrouwen. Ik zie hoe de rolverdeling tussen mannen en vrouwen in gezinnen uit Syrië en Irak anders is als die in Nederland en ik probeer te prikkelen tot een verschuiving. Maar ook organiseer ik morgenavond samen met drie andere vrouwen weer het jaarlijkse vrouwenfeest van Vluchtelingenwerk Altena. Prachtig uitgedoste vrouwen eten en dansen dan met elkaar. Je ziet ontspanning, plezier en vriendschap. Mooi om te zien en om te doen. Mijn invulling van Internationale Vrouwendag.

maandag 5 maart 2018

Rabobank als gemeentehuis: niet nu, wellicht nooit

Centraal gelegen, op een zichtlocatie, duurzaam, zowel binnen als buiten voldoende ruimte te realiseren en “tweedehands”. Er is veel voor te zeggen om als gemeente Altena het gebouw van de Rabobank als gemeentehuis in gebruik te nemen. En toch moet dit in mijn ogen niet de weg zijn. Want is het wel aan mij, aan ons, als raadsleden van Aalburg, Werkendam en Woudrichem om te besluiten over een gemeentehuis van Altena? Is dat niet voorbehouden aan de raad van de nieuwe gemeente? En moeten we de inwoners niet de gelegenheid geven zich hierover uit te spreken? Bij de verkiezingen van november aanstaande?
En ook: wat kost de aankoop en de verbouwing van de Rabobank eigenlijk? En hoe verhoudt zich dit tot de andere huisvestingsopties? Raadsleden hebben de berekeningen in mogen “zien” – we hadden daar een loep bij nodig – maar mogen die informatie niet delen met anderen of gebruiken in de discussie. Er rust geheimhouding op het cijfermateriaal. In Woudrichem en Werkendam heeft Progressief Altena al aangegeven daar niet mee akkoord te gaan, en in Aalburg zal binnenkort hetzelfde gedaan worden. Dat betekent echter niet dat wij er vrij over mogen spreken. Naar onze kiezers, onze inwoners toe kunnen wij zo niet uitleggen of de aankoop van de Rabobank verantwoord is.
Maar er is meer. De gemeente Altena gaat van start met een nieuwe organisatie. Er volgt ongetwijfeld een periode van aftasten, uitzoeken en schuiven. Is het dan wel wijs om je al op nieuwe huisvesting vast te leggen? Misschien moet de organisatie veel groter (ik hoop van niet) of misschien kun/moet je nog veel meer de dorpen in dan aanvankelijk gedacht (ik hoop van wel). Maar belangrijker nog: in de door de raden vastgestelde toekomstvisie,  die tot stand kwam met de inbreng van 250 inwoners, staat op blz 17 o.a. het volgende: “We vragen ons af of in de toekomst nog een centraal gemeentehuis noodzakelijk is. (…) misschien komt er een overgangsperiode waarin we vanuit de drie huidige gemeentehuizen toegroeien naar de nieuwe situatie zonder gemeentehuis.” Dit sluit aan bij de visie van Progressief Altena dat de gemeente, de ambtenaren zoveel mogelijk naar de inwoners toe moeten. Noch in de toekomstvisie, noch in de visie van Progressief Altena past dan een groots nieuw gemeentehuis als “statussymbool” van de “degenen die de beslissingen nemen”.
Kortom er is meer dan voldoende reden waarom ik zwaar overweeg om op 19 maart tegen de aankoop van het pand van de Rabobank te stemmen. Hoe aanlokkelijk die aankoop misschien ook is.